Zondag heb ik zo’n 7 uur op de St. Pieter doorgebracht. Het eerst ging je natuurlijk het museum in, want dat gaat het vroegst dicht. Het Vaticaans museum is groot en bevat de uiteenlopendste dingen. Egyptische sarcofagen, Romeinse badkuipen, tot de moderne kunst toe. Natuurlijk ging het museum dicht toen ik nog maar op de helft was. De sixtijnse kapel met de prachtige Michelangelo’s heb ik het laatst bekeken en Vrij grondig. Prachtig is dat ding! Prop vol toeristen. Alle beelden hebben hun schaamdeel bedekt door een gipsen vijgenblad. Een of andere paus vond het onzedelijk. De St. Pieter is ontzettend groot en pompeus. Echt barok met veel tierelantijnen, zoals de bronzen baldakijn die van het brons van het Pantheon, een Romeins bouwwerk, gemaakt is. Belachelijk eigenlijk alle Romeinse gebouwen zijn omgebouwd in kerken in de loop der jaren of afgebroken om het materiaal voor de St. Pieter te gebruiken. Zo is bijvoorbeeld het voorplein van de St. Pieter gemaakt van stenen van de vloer van het Colosseum. Ook het marmer waar alle Romeinse gebouwen mee bekleed waren is ervoor gebruikt. Dat begon, toen de Paus staatshoofd werd. De Romeinen hadden er trouwens ook een handje van. De triomfboog van Constantijn is gebouwd van stenen van andere triomfbogen en gebouwen. In de St. Pieter heb ik uren zitten lezen in een gids van Rome die ik heb gekocht. Er staat veel in, erg door elkaar, maar voor mij niet genoeg. Je loopt je in Rome te pletter van het ene gebouw naar het andere. Je loopt over straat met de kaart voor je neus, want het is erg moeilijk om je te oriënteren en om iets te vinden. Ook vervelend is, dat je ‘s avonds vroeg terug moet, omdat de laatste bus vroeg vertrekt. Zondag miste ik hem en moest terug Iopen. Van de andere kant is het ‘s avonds best gezellig op de camping. Mijn tent staat op een bult stro; ligt lekker zacht, zodat het ‘s ochtends moeilijk uit bed komen is.