Op de markt, waar ik ’s zondags ’s ochtends heen ben gegaan kocht je ook veel meer beter en goedkoper fruit dan in Syrië. Zondags heb ik een beetje verdwaald en teleurgesteld rondgelopen. De stad was niet wat ik had verwacht. Het had niets boeiends en trok me niet aan. Er waren geen mooie stranden en voor die die er waren moest je betalen. Alles was duur. Nou je duur, net zo duur als in Nederland, maar ik was anders gewend. In de stad was niets te zien. Niets wat me aantrok. ik besloot om als ik Paul niet zou kunnen vinden, waar ik ook eigenlijk niet op rekende, weg te gaan. Waarheen wist ik nog niet. Het was zondag, niemand was op de Hollandse ambassade. De rest van de zondag heb ik niet zoveel gedaan. Eerst eten gekookt. Appels met aardappelen is hete bliksem. Was best lekker en vulde goed. De norit hield alles gelukkig nog tegen. Af en toe voelde ik slechts mijn buik. Tijdens het koken en eten heb ik kennis gemaakt met een Frans meisje. Met haar en d’r twee vriendinnen ben ik toen ‘s middags naar een druipsteengrot een eind buiten de stad gegaan. Het is je reinste discriminatie! Die meisjes kregen alles van iedereen gedaan. We liftten er heen. Toen we ergens geen lift kregen vroegen ze aan een man of die ons wilde brengen, wat ie nog deed ook! In de grot hadden ze natuurlijk direct sjans met de bewakers die ze een privérondleiding gaven. Op de terugweg hadden we ook zo een lift. Eten hadden ze nog nooit zelf betaald, maar altijd gekregen. Het was allemaal te gek. Misschien had ik ze ook wel op wat getrakteerd als ik meer geld had.
