Vrijdag 24/11/1978 Vanuit Livingstone ben ik samen met twee Israëliërs en een Afrikaans vrouw met een Indiër mee gelift naar Lusaka. De Indiër was een geweldige vent. In Lusaka bracht hij ons naar een slaapplaats waar we douchten en nam ons toen mee uit eten. Daarbij was ook een Engelsman met zijn Franse vrouw. Het was een aangename avond. De volgende avond zouden we met z’n allen naar de disco gaan. Dat was dan ook mij verjaardag. Dus dat kwam goed uit. Helaas…. De volgende dag ging ik ’s ochtends met hem mee. Eerst bij Minister Tembo langs om die Afrikaanse vrouw op te pikken dan de stad in. Zij bleek er na +/- 1 uur wachten niet te komen en gingen we maar de stad in. Ik werd bij de Malawi ambassade gedropt en zou hem in de Lusaka hotel weer ontmoeten. Daar kwam niets van terecht. Na 2 uur wachten kwam er een agent op me af met achter zich een verklikker. Ja dat is er een en binnen zit een ander en er loopt er een op het dak. Ik werd dus mee genomen naar een politieauto en moest erin wachten. Binnen de kortste keren waren er hordes mensen om de auto. Ik zag het niet zo zitten dat de ramen open waren en al die armen naar binnen kwamen die me probeerden te grijpen. De chauffeur wilde ze niet dicht doen. Van buitenaf kwam er een andere politieman de ramen dicht doen. Na een paar minuten werd er een tweede jongen in de auto gedropt. Bleek ook een Nederlander te zijn. Ze hebben het wel op de Nederlanders gemunt. De eersten die in elkaar werden geslagen bleken ook Nederlanders te zijn. Op het bureau werden we allervriendelijks behandeld en konden na 5 uur wachten vertrekken. Ondertussen was ik mooi mijn bagage kwijt. Op allerlei manieren probeerde ik het huis van minister Tembo te bereiken. Misschien dat de Afrikaanse vrouw ergens van wist. Toen Johan en ik vrij waren kregen we een auto mee van zijn baas dier me naar het huis van Tembo bracht. Daar werd al mijn hoop in de vernieling geholpen. De vrouw werd wat hysterisch en weigerde al haar medewerking. Ik kon me ook niet zo meer beheersen en liep maar kwaad weg. Ze dropte me toen in de buurt van de familie Marijnessen bij de universiteit. Na wat kloppen en vragen vond ik het huis en liep door de keuken naar binnen. Er zat een grote groep rond de tafel brood te eten. De tafel werd direct voor me van de muur getrokken en ik mocht erbij komen zitten. Het bleken allemaal Nederlanders te zijn. De familie moest ’s avonds naar een taalcursus toe dus ik kon zelf een beetje alleen op adem komen. ’s Avonds namen ze wat mensen mee terug van de cursus en dronken we met z’n allen een biertje op mijn verjaardag.
Donderdag eerst de hele ochtend gebeld om Livingstone te pakken te krijgen en een berichtje achter te laten over mijn bagage. Helaas zonder veel succes. Jetje kwam op het idee om dan maar naar de ambassade te gaan en te vertellen wat er aan de hand is. Tot mijn verbazing bleken zij van het geheel op de hoogte te zijn. Dhr. Casanova Patel had mijn rugzak daar afgegeven en ze verteld dat ik was opgepakt.
Donderdag 30/11/1978 Ondertussen zit ik al ruim een week bij Jan en Jetje. Het bevalt me hier heel goed. Onderhand moet ik wel weg natuurlijk want ik kan toch niet zo veel van hen profiteren. De eerste poging om weg te gaan mislukte gisteren. We kwamen de bus tegen en konden niet op tijd omdraaien om hem in te halen. Nu ga ik dan maar vrijdag naar Chipata en Malawi. Gisterenavond met Marta naar de film geweest. Een slechte film maar daar ging het eigenlijk niet om. Wij moesten weg zijn omdat Ton, Joke d’r man, hierlangs zou komen om hun huwelijksproblemen uit te praten. Marta logeerde bij hen en voelt zich min of meer verantwoordelijk voor de situatie. Of beter gezegd de zondebok. Nu is Marta wel een meid die wat wil dat bleek al wel uit het weekend in Lochinvar waar ze ’s nachts naast me kwam slapen. Toen ik ze naar haar slaapkamer bracht hadden we nog veel plezier.
Dit weekend ben ik dus met 8 Nederlanders naar Lochinvar National Park gereden. Dat ligt zo’n 200 km van Lusaka aan een klein meer. Het stikt er van de Kafue Lechwe (een bepaalde hertsoort) en wat kleine kudden Gnoes en Zebra’s. We hebben daar heerlijk van de natuur genoten. Er zat daar een Nederlandse bioloog met vrouw en kinderen en 2 zussen op bezoek. Daar logeerden we toen ook maar. Het was er een gezellige troep. Met Jetje kon ik erg goed opschieten. Een avond, toen ik terugkwam van een bezoekje aan de schoonheid die ik in Livingstone had ontmoet en die helaas getrouwd bleek te zijn, was ze min of meer op me aan het wachten. We hebben toen nog zo’n 2 uur over allerlei persoonlijke dingen gespraat. Ik vond het een fijn gesprek. De eerst avond was ik namelijk afgeknapt omdat ik hier begonnen was te lezen in een boekje “Vrouwen over seksualiteit”. Ik vond dat zo’n teleurstelling. Alles wat de man deed om een vrouw te plezieren liep op niets uit. Het was nooit goed. Toen Jetje ’s avonds er niet bij kwam zitten om mijn verjaardag te vieren dacht ik dat zij er ook zo een was. Gelukkig bleek het allemaal heel anders al wil ze wel in die richting denken en is ze erg voor ieder hun eigen ontplooiing maar trapt tenminste niet de man zo in een hoekje.
Wildpark ten zuiden van Lusaka